Militaire-emblemen.nl
TENUEN
MouwLeeuw
Op de linker boven mouw van de veldblouse, overjas, jas en geklede overjas wordt, 4 cm onder de boven naad, een khaki kleurige pat gedragen, waarop een oranje kleurige leeuw boven het woord NEDERLAND van zijde of katoen geborduurd.
Op geklede of ceremoniële tenue mag boven genoemde Nederlandse leeuw en het woord NEDERLAND in oranje kleurige zijde of katoen op de linker mouw geborduurd worden, eveneens 4 cm onder de boven naad.
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 15-11-1940
Vervallen bij Legerorder 1947, No. 57
Er bestaan verschillende varianten van deze pat. De eerste variant is een in Engeland vervaardige pat op kahki stof .De tweede variant is ook in Engeland vervaardigd. De derde variant is een in Nederland vervaardige pat van Brabants weefsel
Engelse aanmaak,
eerste versie 1940
Engelse aanmaak,
derde versie 1944
Engelse aanmaak,
tweede versie 1941
Nederlandse aanmaak,
Amerikaanse aanmaak
Engelse aanmaak, eerste versie Nederlandsch indie
Engelse aanmaak, Tweede versie Nederlandsch indie
Nederlandse aanmaak, Nederlandsch indie
Nederlandse aanmaak,
Nederlandse aanmaak,
Nederlandse aanmaak, (Rayon)
Nederlandse aanmaak, (Rayon)
Engelse aanmaak, met blauw en bruin garen overgestikt
(Reden onbekend)
Engelse aanmaak, met nog de knip lijnen in ornaje garen gestikt.
Schouder Emblemen
Op de schouderbedekking van de jas dragn:
De adjudanten en ordonance-officieren van H.M. de Koningin een bronzen gekroonde W.
Officieren en adjudant-officieren, vaandrigs en kornetten die behoren tot het Regiment "Prinses Irene", een verguld koperen, danwel een van gouddraad geborduurd kenteken, bestaande uit de woorden "PRINSES IRENE", waarboven een Nderlandse Koningskroon. Het embleem wordt gedragen ongeveer 1 cm van de mouw- en schoudernaad)
Schouder embleem voor officieren verbonden aan de Prinses Irene Brigade
Schouder embleem voor officieren niet verbonden aan de Prinses Irene Brigade
Kraag-patjes
(geklede of ceremonieel tenue)
Officieren, Adjudant-onderofficieren, vaandrigs en kornetten dragen op iedere zijde van de kraag een patje, waarvan de kleur het wapen of dienstvak aangeeft, waartoe de militair behoort.
De 5 hoekigge patjes zijn 1,2 inch breed, de lange zijde is 2,5 inch en de afstand van de punt tot de onderkant is 3 inch.
Op dit patje worden rangonderscheidingen gedragen.
De patjes zijn van laken; die voor artillerie zijn van fluweel of laken.
De patjes zijn met de buitenste lange zijde tegen de buitenrand van de kraag aangebracht.
De onderzijden van de patjes raken met de punt het rijgsel langs de insnijding van de kraag.
Op de patjes worden rang-onderscheidingstekenen gedragen, alsmede de bijzondere onderscheidingstekenen zoals hieronder beschreven:
Koninklijke marechaussee; Een zilveren springende granaat
Geneeskundige en Verinaire Dienst: een geborduurde of metalen aesculaap
-
Goud voor officieren van Gezondheiden Paardenartsen
-
Zilver voor Militaire apothekers en - Militairetandartsen
Leger predikanten en veldpredikers: Een goud geborduurd kruis
Hoofdaalmoezenier en aalmoezenier: een zilver geborduurd kruis
Legerrabbijn: van gouddraag geboruurde tafelen der wet
Militair kappel De officier, adjudant-onderofficier of kornet belast met de leiding van de militaire kapel draagt boven de rang onderscheiding een zilveren harp danwel een gebordiuurde zilveren harp.
Grenadiers Een goude springende granaat
Jagers Een gouden hoorn
Generaal Majoor
Luitenant Kolonel generale staff
Kapitein Infanterie
Kapitein, medisch personeel
Militaire Luchtvaart
2e Luitenant
Algemene dienst
Marechaussee
2e Luitenant
Militaire Luchtvaart
1e Luitenant
Artillerie
1e Luitenant
Genie
Onderdeelsbiezen
Arm of service strips
Commandanten van zelfstandige onderdelen of diensvakken kunnen bepalen dat het onder hen ingedeelde personeel op de rechtermouw van de veldblouse en overjas 4 cm onder de de mouw en schoudernaad een horizontale bies van 5cm lang en 1/2 cm breed, draagt.
De kleuren van deze bies zijn zoals bepaald voor het Britse leger in Army Council Instruction nr. 905 van 1943