Militaire-emblemen.nl
Militaire-emblemen.nl
BIJZONDERE ONDERSCHEIDINGSTEKENEN
Britse onderscheidingsteken
Militaire-emblemen.nl
Militairen benden de rang van sergeant-majoor, die een graad van geoefendheid hebben behaald, waarvoor in het Britse Leger een onderscheidingsteken is vastgesteld, mogen bedoeld ondersceidingsteken dragen, voor zover dit door de Britse Autoriteiten is toegestaan.
Indien zulks niet is toegestaan, dragen zij een door den Minister van Oorlog vastegesteld onderscheidingsteken.
Vervallen bij Legerorder 1947, No. 57
Een van zwart katoen geborduurd wiel voor chauffeurs,
Een van zwart katoen geborduurd wiel met een witte kroon voor chauffeur-monteurs
Een van zwart katoen geborduurd wiel met een witte ster voor chauffeur-instructeurs
Van het geborduurde wiel voor chauffeurs bestaat ook een in Nederland vervaardigde variant van Brabants weefsel
Twee gekruiste zwaarden waarvan de handgrepen bruin de rest wit voor sportinstructeurs, gedragen op beide boven mouwen
Ingesteld (naar aanleiding van een voorstel) op 26-09-1941
Vervallen bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
Een van witte en bruine katoen geborduurd wiel met twee zijwaarts gespreide vleugels waarboven met witte katoen de letters M.T voor transport sergeant, sergeant major (Motor Transport)
Een van witte en bruine katoen geborduurd wiel met twee opwaarts gerichte vleugels waarboven met witte katoen de letters D.R voor Motor-ordonnansen (Dispatch-Rider)
Vrijwilligers Canada
Een oranje ahornblad (maple leaf) met groen geborduurde contouren
voor Nederlanders die vóór 1 januari 1941 in Canada gevestigd waren en zich aldaar bij de Nederlandse Troepen hebben gevoegd.
de pat wordt gedragen op de linkermouw 3 cm onder de pat met de Nederlandse leeuw.
Vrijwilligers Zuid Afrika
Een oranje Springbok kop geborduurd op een kaki pat
voor Nederlanders die vóór 1 januari 1941 in Zuid Afrika gevestigd waren en zich aldaar bij de Nederlandse Troepen hebben gevoegd.
de pat wordt gedragen op de linkermouw 3 cm onder de pat met de Nederlandse leeuw.
Vrijwilligers
Een zes puntige ster van oranje katoen voor militairen beneden de rang van van officier en niet behorende tot het beroepspersoneel en die niet dienstplichtig zijn , die zich tijdens de oorlog voor 1 juli 1944 als vrijwilliger hebben aangemeld en een verbintenis van vrijwilliger zijn aangegaan.
het embleem wordt gedragen op de linkermouw, 4,5 cm onder de pat met de Nederlandse leeuw of 4,5 cm onder een reeds onder de pat met de Nederlandse leeuw aangebrachte onderscheidingsteken
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 25-04-1941
Vervallen bij legerorder No. 35L van 1951
Engelse aanmaak
Nederlandse aanmaak, brabants weefsel
Valschermtroepen
Volledig geoefende valschermtroepen, die genegen zijn om te springen wanneer daartoe een beroep op hen wordt gedaan, dragen op de rechter bovenarm, 15 cm onder de schoudernaad, op alle tenuen het onderscheidingsteken voor parachutist, bestaande uit een parachute van oranje katoen en koorden van awart katoen op een kkaki achtergrond geborduurd.
Ingesteld bij
Commandodiensten
Millitairen volledig geoefend in Commandodiensten, alsmede zij die hiervoor worden opgeleid en als zodanig door de Britse Autoriteiten zijn aangenomen, dragen op beide bovenmouwen van alle tenuen, onmiddellijk onder de schoudernaad, het hiervoor behaalde onderscheidingsteken, zijnde een zwart patje, waarop het woord COMMANDO van wit katoen is geborduurd.
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
Vervallen bij Legerorder 1951, No. 35
Bekwaamheid voor Generale Staf
Officieren, die in het bezit zijn van het brevetvan bekwaamheid voor de Generale Staf, het brevet voor bekwaamheid Intendance, danwel het bewijs, dat zij studiën aan de Hoogere Krijgsschool met gunstigen uitslag hebben vobracht, dragen het daarvoor vast gesteklde onderscheidingsteken, respectievelijk in goud ( distinctief, voor generale staf-bekwaamheid, in goud (distinctief Intendance bekwaamheid en in zilver (distinctief algemene krijgskunde) boven de linkerborstzak van de veldblouse en op de linker borst van de overjas, buiten de linker knopenrij.
Vlieger
Militairen, die gerechtigd zijn tot het dragen van de onderscheidingstekenen voor vlieger en of waarnemer, dragen deze boven de linker borstzak van alle tenuen
Politiediensten
Militeren moeten bij het uitoefenen van politiediensten om de rechter bovenmouw van de veldblouse jas en overjas een oranje band van ongeveer 7 1/2 cm breed dragen, waarop in rood de letters M.P.
Algemen dienst / Speciale dienst
De reserve-officieren voor Algemene dienst en Onder-officieren van Speciale diensten dragen op de veldblouse en overjas van de veld-= en dagelijksetenue op de rechter bovenmouw, 5 cm onder de schoudernaad, een horizontale okerkleurige bies, 5 cm lang en 1 1/2 cm breed.
De reserve-officieren voor Algemene dienst en Onder-officieren van Speciale diensten dragen op de veldblouse en overjas van de veld-= en dagelijksetenue op de rechter bovenmouw, 5 cm onder de schoudernaad, een horizontale okerkleurige bies, 5 cm lang en 1 1/2 cm breed.
Geneeskundigen dienst
Militairen beneden de rang van adjudant-onderofficier, ingedeeld bij den Geneeskundigen dienst, dragen op beide einden van de kraag van de veldblouse een rond wit geëmailleerd plaatje, waarop een rood kruis.
Officieren van de geneeskundigen dienst , en dierenartsen dragen een van oranje katoen geborduurde lauwerkrans met daarbinnen een esculaap op de kraag van de veldblouse.
Medische assistenten, tandartsen en apothekers dragen een zelfde pat, maar dan van wit katoen.
engelse aanmaak
Nederlandse aanmaak
Chevron Oorlogsdienstjaren
Militairen in werkelijke dienst bij de Koninklijke Landmacht na 10 mei 1940 tot 1 januari 1945 voor elke 12 maanden 1 chevron.
De chevrons worden gedragen op de rechtermouw 10 cm boven de beneden rand van de mouw. Bij meerder chevrons woerden ze boven elkaar gedragen.
De chevrons komen in verschillende vormen voor, maar alleen de gedrukte variant was toegestaan.
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
Gewondenstrepen
Militairen die ten gevolge van een vijandelijke actie zijn gekwetst of gewond. Na het verkrijgen van schriftelijke toestemming van hun commandant mochten gewonde militairen de gewonden streep dragen. De streep ( 40 bij 4 mm) is van gouddraad geborduurd op een khaki pat en wordt gedragen op de linker mouw 16 cm boven de beneden rand van de mouw. Bij meerdere gewondenstrepen worden deze evenwijdig aan elkaar gedragen met een tussenruimte van 10 mm
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
Vervallen bij Ministeriële Beschikking nr 5 van 06-06-1945
Staf van de Bevelhebber der Nederlandse Strijdkrachten
Personeel ingedeeld bij de staf van de bevelhebber de Nederlandse Strijdkrachten doegen op de rechter bovenmouw, 2,5 cm van de boven naad een oranje pat met daar op een Nederlandse vlag
Ingesteld : 05-09-1944
Vervallen bij Ministeriële Beschikking nr 5 van 06-06-1945
Oficieren ingedeeld bij de staf van de bevelhebber de Nederlandse Strijdkrachten doegen op de rechter bovenmouw, een accoladeschild van goud draad geborduurd met daarop een kruis van blauwe zijde met in het midden daarvan een links klimmende leeuw.
Militairen beneden de rang van officier droegen het embleem met een schild van oranje katoen, blauw kruis en een leeuw van oranje katoen.
Ingesteld : 05-09-1944
Vervallen bij Ministeriële Beschikking nr 412 van 06-10-1945
Officiers versie
Militairen beneden de rang van officier, Nederlanse aanmaak, Brabants weefsel
Sectie Radioverbindingen Militair Gezag
Militairen met een oorlogsbestemming bij de Sectie Radioverbindingen droegen op de linker ondermouw een pat met daarop een afgeknotte ruit van oranje katoen waarin met zwart katoen de woorden "RADI0VERBINDINGEN" zijn geborduurd.
De pat komt in 4 verschijningsvormen voor:
1 Een afgeknotte ruit met de tekst Radioverbindingen (afbeelding 1)
2 Een afgeknotte ruit maar met twee van oranje katoen geborduurde seinvlaggen
(geslaagden voor het seinexamen)
3 Een afgeknotte ruit maar met twee van oranje katoen geborduurde bliksemschichten
(geslaagden voor het technisch examen)
4 Een afgeknotte ruit met twee van oranje katoen geborduurde seinvlaggen en twee van
oranje katoen geborduurde bliksemschichten (afbeelding 2)
(geslaagden voor zowel het seinexamen als het technisch examen)
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 21-03-1944
Vervallen bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
afbeelding 1 Versie 1
afbeelding2 Versie 4
Oranje Lanyard (fluitkoort)
Oranje fluitkoord, gedragen om de linker schouder, door Nederlandse officieren in Engeland
Personeel van de Militaire kapel
Een geel koperen lier, vanwege het geringe aantal leden van de Kapel zijn alleen de Engelse veries van dit embleem gebruikt.
1. Geel koperen lier op beide bovenmouwen voor personeel van de militaire kapel
2. Groter model geel koperen lier beide benedenmouwen voor onderkapelmeester
3. Geel koperen lier op rode ondergrond beide bovenmouwen van het geklede en ceremonieel tenue
Ingesteld bij Ministeriële Beschikking van 07-02-1941
Vervallen bij Ministeriële Beschikking van 09-06-1944
Margrietspeldje
De margrietbloem wordt gedragen ter herinnering aan de gevallenen in Nederland en Nederlands Indië. de speld werd in Engeland verkocht en de opbrengst ging naar het Prinses Margriet fonds.
Toestemmeing voor het dragen op het Uniform werd verleend bij MB van 11 mei 1943.
variant met pin sluiting
Knoopsgat variant
Prins Bernhard fonds
Het Spitfire Fund was de oorspronkelijke benaming van het Prins Bernhard Fonds dat op 10 augustus 1940 in Londen werd opgericht om geld in te zamelen om oorlogsmaterieel te kopen voor de strijd tegen de Duitse bezetter.
Ten behoeven van dit fonds werden in Engeland koperkleurige metalen speldjes in de vorm van een uitgesneden klimmende Nederlandse Leeuw boven de wapenspreuk: 'Je Maintiendrai' verkocht.